In de bouw wordt nog te veel bruikbaar materiaal weggegooid. Daarom wil Dordrecht rond de zomer een circulair bouwdepot voor aannemers beginnen, waar oude dakpannen, deuren, toiletpotten, stenen of balken een tweede leven krijgen.
,,Zie die composietbalken daar nu liggen. Die zijn over en die gooien bouwbedrijven normaliter weg. Zonde. Of die stapel oude dakpannen. Die hebben we gelukkig kunnen doorverkopen.’’ Directeur Adriaan Bossenbroek van Krijgsman Bouw staat bij een van zijn bouwprojecten aan de Buiten Walevest in Dordrecht.
Hij ziet al jaren met lede ogen aan hoe bouwbedrijven te veel materiaal bestellen en wat overblijft in de afvalcontainer mikken. Of alle deuren, dakpannen, balken, stenen, kranen of toiletpotten die ze uit woningen slopen naar de stort afvoeren. Met een beetje goede wil en een paar handige mensen die de spullen schoonmaken en opknappen zijn die weer prima te gebruiken. Bijvoorbeeld bij de renovatie van woningen. Datzelfde geldt voor de zogeheten uitval. Een partij tegels of stenen, waarvan er een paar kapot zijn en die nu hooguit tot wegverharder worden vermalen. ,,Dat is recyclen, maar wat je wilt is upcyclen’’, stelt hij.
Bossenbroek is niet de enige. Ook Erik Stam, directeur van bouwbedrijf Constructif, ziet dat de bouwwereld zijn afval prima scheidt, maar desondanks veel weggooit. ,,Waarom zouden we die materialen niet kunnen gebruiken bij volgende projecten?’’ vraagt hij zich af.
Marktplaats voor tweedehands bouwmaterialen
Dat is nu precies het idee achter de circulaire bouwhub die Dordrecht wil beginnen. Concreet gaat het om een depot of hal waar bouwbedrijven al hun overtollige magazijnvoorraden en bruikbare bouwmaterialen na sloop of renovatie kwijt kunnen. Die worden daar geïnventariseerd, schoongemaakt en opgeknapt, zodat aannemers ze kunnen hergebruiken in nieuwe bouwprojecten. ,,Het wordt een soort marktplaats voor tweedehands bouwmaterialen. We willen klein beginnen en hopen dit van de zomer rond te hebben’’, legt beleidsadviseur Janno Heinen van de gemeente Dordrecht uit.
Met dit bouwdepot zet de stad een reuzenstap op weg naar een lokale circulaire economie. In zo’n economie gaan geen grondstoffen meer verloren en worden alle producten, materialen en afvalstromen steeds weer hergebruikt. Aangezien de bouw 50 procent van alle Nederlandse grondstoffen verbruikt en jaarlijks 25 miljoen ton bouw- en sloopafval produceert, valt hier het meeste te winnen, redeneert de gemeente. In 2030 moet het primaire-grondstoffengebruik met 50 procent zijn gedaald.
Samen met Clean Tech Delta bracht de gemeente vorig jaar dertien woningcorporaties, architecten, bouw- en sloopbedrijven samen voor een zogeheten grondstoffentafel. De vraag was hoe de bouwbranche concreet aan de gang kon met de circulaire economie. Uiteindelijk bleven vijf partijen over en besloten de gemeente, de bouwbedrijven Constructif en Krijgsman Bouw, corporatie Trivire en sloopbedrijf Gebroeders Sint Nicolaas samen aan een circulaire bouwhub te werken.
Stam en Bossenbroek hebben met hun bedrijven al de nodige ervaring met circulair bouwen. Constructif, ontstaan uit een fusie tussen de aannemers De Kwaasteniet en Groenendijk, telt 240 werknemers en doet veel renovatieprojecten. Daar blijft veel materiaal over, dat vaak gescheiden wordt afgevoerd. ,,Maar heel veel materiaal dat we nu weggooien is herbruikbaar’’, stelt Erik Stam.
,,Als bijvoorbeeld twee van de drie binnendeuren nog goed zijn, kunnen die naar de bouwhub. Bij nieuwbouw gelden andere maten voor deuren, maar er blijven woningen die gewoon oude deuren nodig hebben. Al kun je er maar tien hergebruiken, dan heb je al winst behaald. Ook halen we uit badkamers en toiletten veel materialen die hergebruikt kunnen worden. Je moet er alleen iets meer moeite voor doen, want naar een leverancier bellen voor nieuw materiaal is gemakkelijker.’’
Uit een pallet stenen die omvalt kun je de stenen halen die nog wel bruikbaar zijn
Bij Krijgsman werken 30 mensen. Het bedrijf bouwt zo veel mogelijk circulair, ook bij de renovatie van monumentale panden. Bossenbroek streeft ernaar zo weinig mogelijk uitval en afval te hebben. ,,Uit bouwhout voor het storten van beton kun je de spijkers halen, zodat het weer bruikbaar wordt. Uit een pallet stenen die omvalt kun je de stenen halen die nog wel bruikbaar zijn. Ook als we voor Trivire woningen renoveren kun je toiletpotten, kranen en radiatoren schoonmaken, sorteren en hergebruiken in een volgend project’’, vertelt hij.
Dat materiaal kan allemaal naar de bouwhub. Net als de zogeheten dode voorraden van aannemers: ongebruikt materiaal dat in magazijnen stof ligt te vangen. Of te veel besteld bouwmateriaal. Wat de initiatiefnemers nodig hebben is een locatie met een hal en een digitaal platform waar aannemers kunnen aangeven wat ze kwijt willen en wat ze nodig hebben.
Daarna willen ze een concrete sloopcasus aanpakken. Stam: ,,We willen iets op gang brengen in de Drechtsteden. We realiseren ons dat we de eerste zijn en dat we er geen geld aan verdienen. Als de businesscase op nul uitkomt, zijn we al goed bezig.’’
Balken uit 1800
Overigens zit er nog een component aan het project: de zogeheten social return. Bij de bouwhub kunnen werklozen en mensen met een Wajong-uitkering worden ingezet. Krijgsman Bouw heeft daar goede ervaringen mee bij de renovatie van het winkelpand van Jac Hensen aan de Visstraat in Dordrecht. ,,We vonden daar achter het plafond oude balken uit 1800 die we door een jongen helemaal spijkervrij hebben laten maken en laten opknappen. Nu is het een stoer en open plafond geworden’’, vertelt Bossenbroek.
Zijn bedrijf gaat nog veel verder dan alleen hergebruik. Krijgsman Bouw levert ook plinten en vensterbanken van olifantsgras en suikerriet. Of, zoals aan de Buiten Walevest, vloeren van geperst zaagafval. ,,Als je dat terugkrijgt gaat het in de shredder en kun je het steeds opnieuw blijven upcyclen en gebruiken’’, vertelt hij. ,,Zo kun je als aannemer meesturen en zeggen: we gaan voor cradle to cradle.’’