“Dit project was wel een pareltje, hoor! Het Patriciërshuis is een museum in Dordrecht. Dan weet je dat de uitdaging is om niet te laten zien dat er een aannemer bezig is geweest. Het pand heeft verdiepingen van drie à vier meter hoog en staat met de achtermuur in de rivier. Daardoor kan bij hoog water de kelder vollopen. Diezelfde kelder moesten we bij de andere verdiepingen trekken en klaarmaken voor museaal gebruik.

In de kelder zaten grote houten balken die te laag waren om onderdoor te lopen. We hebben daarom de balken verhoogd en stalen verstevigingen aangebracht. Tussen de balken zaten nog van die oude schrootjes, eigenlijk de onderkant van de vloer erboven. We hebben deze goed geïsoleerd en een houten plaat aangebracht, zodat het wat netter oogt. Door de juiste materialen en systemen toe te passen, is de kelder nu snel weer leeg als er water in komt te staan. We legden een speciale vloer van een laag schelpen met estrikken erbovenop en plaatsten drie drainageputten.

Voor mij persoonlijk was de houtrot in de Maaszaal de grootste uitdaging. Dat is een grote ronde zaal boven de rivier. Het eikenhouten kozijn van deze kamer loopt in dezelfde ronding als de zaal. Dat moest vervangen worden. Uiteindelijk hebben we dat voor elkaar gekregen door stukken hout op elkaar te plakken tot een hoge stapel en daar de ronding in te zagen. Het eindresultaat is net houtsnijwerk, heel sierlijk. Als je dat ziet hangen als je daar met je bootje langs vaart, dan is dat toch wel iets om trots op te zijn. Het project heeft me binnen Krijgsman de bijnaam ‘Houtrotkoning’ opgeleverd!”